RUSTPENSIOEN OF OVERLEVINGSPENSIOEN
Afhankelijk van je gezinssituatie krijg je een rust- of overlevingspensioen uitgekeerd.
Rustpensioen =
Het rustpensioen is het persoonlijk of gezinspensioen op basis van eigen werkprestaties. Wanneer je een beroepsloopbaan hebt uitgeoefend en je bereikt de pensioengerechtigde leeftijd, dan heb je in principe altijd recht op een rustpensioen.
Overlevingspensioen =
Het overlevingspensioen is het pensioen voor de prestaties van je overleden echtgenoot of echtgenote. Als je partner gepensioneerd was of recht had op pensioen maar komt te overlijden, dan heb je als partner recht op het overlevingspensioen van je overleden partner.
PENSIOENSTELSELS
De voorwaarden van een pensioen hangen af van het beroep dat je uitgeoefend hebt. Deze pensioensvoorwaarden verschillen zeer sterk volgens het stelsel.
Zo zijn er drie stelsels:
Werknemer (privésector) |
Ambtenaar (overheidssector) |
Zelfstandigen |
Arbeiders |
Statutaire ambtenaren |
Zelfstandigen |
PENSIOENLEEFTIJD
De wettelijke pensioenleeftijd ligt tot en met 2024 vast op 65 jaar, zowel voor mannen als vrouwen.
Het rustpensioen kan ingaan op de eerste dag van de maand die volgt op de 65ste verjaardag; m.a.w. wie in februari jarig is, kan in maart zijn pensioen opnemen.
In bijzondere stelsels is een preferentiële leeftijd ingevoerd voor bepaalde categorieën werknemers (mijnwerkers, zeevarenden, vliegend personeel van de burgerluchtvaart).
De wettelijke pensioenleeftijd wordt in 2025 (ingangen vanaf 1 februari 2025) verhoogd tot 66 jaar en in 2030 (ingangen vanaf 1 februari 2030) tot 67 jaar.
INKOMENSGARANTIE VOOR OUDEREN (IGO)
De inkomensgarantie voor ouderen is een uitkering die toegekend wordt aan bejaarde personen die niet over voldoende financiële middelen beschikken. IGO is een soort van leefloon voor senioren vanaf 65 jaar. Het recht op deze financiële bijstand wordt automatisch onderzocht als je een pensioen, een uitkering voor gehandicapten of een leefloon trekt. Behoor je niet tot deze categorie, dan moet je zelf een aanvraag indienen bij het gemeentebestuur of je pensioendienst.
Sinds 1 januari 2014 gelden er nieuwe regels voor de IGO. Voornaamste wijzigingen :
- Bij het delen van de inkomsten wordt nog enkel rekening gehouden met eigen kinderen, die effectief op hetzelfde adres ingeschreven zijn.
- Wettelijke samenwoonst wordt gelijkgeschakeld met het huwelijk.
- Kinderen die samenwonen met hun ouders worden niet meer benadeeld.
- Het IGO-bedrag zal minder schommelen omdat het niet meer afhankelijk is van bestaansmiddelen van samenwonenden, waardoor het middelenonderzoek ook vlotter zal verlopen.
- Wie een IGO geniet houdt meer over als hij nog verder werkt.
- Strengere controle op de verblijfsvoorwaarden.
- Wie langer dan 6 maanden onafgebroken in het buitenland verblijft verliest het recht op zijn IGO.
- Bij een overlijden kunnen via de nalatenschap eerdere aangiftes van bestaansmiddelen worden nagekeken.
TOEGELATEN ARBEID VOOR GEPENSIONEERDEN
Gepensioneerden kunnen bijverdienen en toch hun eigen pensioen behouden. Maar enkel op voorwaarde dat je per jaar niet meer verdient dan een bepaald bedrag dat jaarlijks bij wet wordt vastgelegd en regelmatig wordt verhoogd.
Iedere tewerkstelling moet vooraf aan de pensioendienst aangegeven worden, door jezelf en door de werkgever.
Je kan dit vooraf met een speciaal formulier melden aan de pensioendienst. Deze formulieren en alle informatie kan je op de gemeentelijke pensioendienst krijgen.
NUTTIGE ADRESSEN
Federale pensioendienst |
Federale pensioendienst Brugge Torhoutse Steenweg 281, 8200 Brugge |
Gemeentebestuur Zuienkerke |